Radijs Rond écarlate Sora - biologische zaden

Sora Ronde Rode Radijs – Veelzijdig en Knapperig

Een radijssoort voor alle maanden. Ronde wortel met een felrode kleur en stevig vlees.

Teeltadvies voor Sora Ronde Rode Radijs
Zaaiadvies:
Februari tot september voor vroege variëteiten (onder folietunnel aan het begin van het seizoen)
Maart tot september voor jaarrond variëteiten
Mei tot augustus voor wintervariëteiten
Zaai in rijen met een afstand van 25 cm. Bedek met 1–2 cm losse aarde. Uitdunnen op 3–5 cm om de wortelontwikkeling te bevorderen. Elke 15 dagen zaaien voor een continue oogst.

Teelt:
Radijsjes geven de voorkeur aan lichte, vruchtbare bodems die in de zomer koel en schaduwrijk blijven. Te veel hitte en droogte maakt radijsjes bijzonder scherp. Regelmatig water geven, omdat ze wel robuust zijn, maar onder droogte lijden.

Schadelijke insecten en ziekten:
De korte groei maakt radijsjes minder vatbaar voor schimmelziekten. Wisselteelt, voldoende plantafstand en een gelijkmatige bodemvochtigheid helpen de risico’s te minimaliseren.

Naast vogels en slakken kunnen ook aardvlo’s radijsjes aantasten. Bedekking of schaduw helpen als beschermingsmaatregelen. Het sproeien van koud water op de bladeren kan aardvlo’s verdrijven, omdat zij de voorkeur geven aan warmte en droogte.

Oogst:
Radijsjes zijn 4 tot 6 weken na het zaaien oogstbaar. Als ze te lang in de grond blijven, worden ze steeds scherper.

Vroege en jaarrond variëteiten: Oogst van april tot november
Winterradijsjes: Oogst van september tot december
Winterradijsjes kunnen goed in de kelder worden bewaard, andere moeten vers worden gegeten.

Teelt in gemengde beplanting:
Goede buren: Wortelen, erwten, bonen, kool, spinazie en sla.
Slechte buren: Uien en komkommers.
Kervel in de buurt kan de scherpte van de radijsjes versterken.

Gezondheidsvoordelen:
Radijsjes zijn rijk aan vitamine C, versterken het immuunsysteem en bevorderen de spijsvertering door hun hoge vezelgehalte. Ze hebben ook ontgiftende eigenschappen.

Tips van Semailles:
Zaai ronde variëteiten oppervlakkig (1 cm diep), langwerpige variëteiten iets dieper (1,5–3 cm).
Elke twee weken zaaien voor een doorlopende oogst.
Regelmatig water geven en jonge radijsjes oogsten om te veel scherpte te voorkomen.
Tegen aardvlo’s helpen gele kleefvallen of het in de rijen steken van ginst takken.